Categoriearchief: nieuwsberichten

OER de wortels van Vlaanderen

Vakantie en dus  tijd voor een UIT – tip.

In het Caermersklooster in Gent is er een bijzonder, mooie tentoonstelling over de Vlaamse kunst van 1880 tot 1930. 

OER

De meeste stukken komen uit privébezit en worden voor het eerste getoond aan het grote publiek.  

Kunstenaars als Gustave Van de Woestyne, Emile Claus, George Minne, Valerius De Saedeleer verlaten de vervuilde industriestad Gent, want in deze tijd waren de fabrieken IN de stad. 

In de Leiestreek ademen ze vrij en zoeken ze hun “roots”.  De ene schildert de rijpe korenvelden, de andere een winterlandschap of een karakterkop van een boer. 

De Eerste Wereldoorlog is een breuklijn. Vlaamse kunstenaars komen in contact met de buitenlandse stromingen. Gust De Smet, Frits Van den Berghe, Constant Permeke en Edgard Tytgat halen un inspiratie ook uit het volkse leven en vullen deze aan met kermissen, circussen,…

 
Het schilderij op de affiche van de tentoonstelling OER is één van de drieluiken van Gustave Van de Woestyne en dit schilderij sprak mij in het bijzonder aan. Zo anders dan Permeke die de zaaier schildert met donkere, aardse kleuren. 

Constant Permeke (1939)  “De Zaaier”

Deeske, “de slechte zaaier” van Gustaaf Van de Woestyne is een weerspiegeling van de boer – archetype. Hij schildert Deeske tegen een gouden achtergrond. Hij tilt het primitivisme van de boer op tot het spirituele, zoals de Middeleeuwse iconen. 

Gustaaf Van de Woestyne 1908 “De slechte zaaier”

 Het tijdschrift Openbaar kunstbezit Vlaanderen heeft een speciale editie over Oer. De tentoonstelling loopt tot 6 augustus 2017 en is een echte aanrader. 

 

De tweede reünie in het Red Star Line museum

De reünie ligt al weer twee weken achter ons. We konden kennismaken met andere vrijwilligers en mensen die een schenking deden aan het museum, verhalen beluisteren in de zaal en/of deelnemen aan een rondleiding door het museum. We kregen de ” Passenger” met als thema crew en cruises

Ik heb geluisterd naar de verhalen in de zaal.

Er waren de verhalen die aansloten bij de tentoonstelling van de cruises schepen  zoals dat van de kapper van de SS Belgenland. In voorbereiding op van de tentoonstelling van oktober 2017 kwamen er twee manen vertellen over hun familie in Argentinië.

Het verhaal dat bij mij de meeste indruk naliet was dit van Rosy Van Houcke.

The American Dream? Niet altijd…

 

Ik laat jullie ten slotte luisteren naar de mooie jazzversie van deze Summertime door  Ella Fitzgerald.


Summertime
Zomertijd, en het leven is eenvoudig

De vissen springen en het katoen groeit goed

oh. Je pa is rijk en je ma ziet er goed uit

dus stil kleine baby, huil maar niet.
En op een morgen, wordt je zingend wakker

je slaat je vleugels uit, en gaat de wijde wereld in

Maar tot die morgen, kan niets je raken

Met papa en mama aan je zij
Maar tot die morgen, kan niets je raken

Met papa en mama aan je zij aan je zij.
Van het levensverhaal van Rosy zal een musical gemaakt worden door de jongeren van het Brussels conservatorium. We houden jullie op de hoogte als het zo ver is.

wevers en spinners 1840 _ 1850

Toen ik op zoek ging naar de grootouders van mijn eigen betovergrootmoeder Barbara D’hulster stelde ik vast dat er vaak op de huwelijksakte als beroep vermeld stond “wever / spinster”

Ik vond dat er in het arrondissement Roeselare in 1840 1 op de 2,1 beroepsbevolking wever of spinster was.(*)

Maar dit waren in de jaren 1840 – 1850 geen winstgevende beroepen. 

Kathe Kollwitz “opstand van de wevers 1893 1897               (foto  redstarlinezoeker)

De traditionele huisindustrie ging verloren en er kwamen fabrieken in de plaats. De wever – kortwoonders  die één getouw had, een eikenhouten van vader op zoon, moest zijn vlas op krediet kopen bij de landbouwer. In de zomer moest de wever met zijn gezin op de akker of bij de landbouwers werken als dagloners.

Er waren ook wevers die werkten voor handelaars en fabrikanten. Bij de mechanisatie gingen ze werken met mechanisch garen in plaats van met het ter plaatste gesponnen garen. 

Dan had je ook nog de wever-fabrikant en de wever – landbouwer. Ik veronderstel dat mijn voorouders wever – kortwoonders waren (1800 _ 1850) of dat ze in de weverij werkten in de stad (1850 ev). In die jaren leefde men van roggebrood, aardappelen, karnemelk. Vlees en vis was er nooit in huis.  Het was meestal de man die weefde, de vrouw spint en verricht het huishoudelijk werk. De oudste kinderen maakten kantwerk (in de kantschool) of werken bij de landbouwers.

Door de mechanisatie verliezen veel gezinnen hun inkomsten en zijn ze aangewezen op de hulp van de Weldadigheidsbureel. Deze werden in 1925 vervangen door de COO’s (Commissies van Openbare Onderstand en later de OCMW’s).

Kathe Kollwitz “de kinderen van Duitsland lijden honger” (foto : redstarlinezoeker)

In 1845 was één inwoner op de vijf in West-Vlaanderen ten laste van het Weldadigheidsbureel. 

De oorzaak was de teleurgang van de linnenindustrie, de hongersnood door de aardappelziekte (1846 1847) en de roste kanker genoemd onder de rogge en tarwe. 

Wat de mensen toen allemaal aten ipv de aardappelen en het brood wil ik jullie hier besparen. 

Maar het was vooral de soep die de mensen op de been moest houden. 

Een recept uit deze tijd was : drie liter water, een half pond rijst, een half pond brood, twee ponden aardappelen (als die er waren), een ons en half zout, een liter melk. 

Doch wie niet genoeg te eten had, viel te prooi aan de “Vlaamse ziekte” of de hongerkoorts. 

Maar of dit nog niet voldoende was, volgde er nog een derde bedrijf van het drama in deze periode “de tyfus-epidemie”. Deze verspreidde zich over geheel Europa in 1846 tot juli 1848.

Kathe Kollwitz “dood” (foto : redstarlinezoeker)

De sterkere wevers gingen naar de Franse grens waar ze gemakkelijker werk vonden en hogere daglonen werden uitbetaald bij de fabrikanten. 

Of ze gingen overzee : naar Guatemala, Brazilië, Noord-Amerika. De eerste Belgen trokken naar het stadje St. Marys gelegen in Pensylvanië. Het waren landverhuizers van Wakken, Sint-Baafs-Vijve, Machelen, Oeselgem en Ingelmunster (44 man) die in september 1849 vertrokken vanuit Antwerpen.

Vele anderen zullen volgen. 

Kathe Kollwitz “brood” (foto : redstarlinezoeker)

Wanneer je dus vandaag of morgen met een buur of een kennis een gesprek heb over wat er vandaag slecht gaat in onze economie, dan is het niet uitgesloten dat hij of zij een afstammeling is van een wever die tijdens de slechte jaren nauwelijks aan de hongersdood is ontsnapt.
(*) De slechte jaren 1840 1850 in het arrondissement Roeselare – Tielt, Jozef Devogelaere. (1982)

 

Een vogel-tel-weekend of een Big Year : wat verkies je?

Op zaterdag 28 en zondag 29 januari telt heel Vlaanderen tuinvogels tijdens de 18de Grote Vogelweekend. 

Deelnemen is simpel : bekijk en tel de vogels in je tuin. Met een half uurtje neem je deel aan het grootste vogelonderzoek in Vlaanderen.

Deelnemen kan via www.natuurpunt.be

Of verkies je een Big Year.

Eén wat.. hoor ik je denken? Ja. Het is wat je vermoed. Eén jaar lang vogels tellen. Niet vanuit je luie stoel natuurlijk zoals je dit wel kan dit weekend.

Neen, je trekt het hele Noorden van Amerika door op zoek naar zoveel mogelijk vogelsoorten.

Als ik dit voor eerst hoorde, dacht ik dat kan alleen in Amerika! Tot je op google gaat zoeken en leest dat er over de gehele wereld mensen zijn die een jaar lang vogels tellen en er zelfs een wedstrijd van maken.

Eén van de pioniers, de zakenman Guy Emerson telde in 1934 497 verschillende soorten vogels. Hij liet hiervoor zijn zakenreizen samenvallen met de beste vogel seizoenen. 

Wil je een idee hebben, hoe z’n jaar kan verlopen dan raad ik je aan om naar de film “Big Year” te zien. Een komische Amerikaanse film geregisseerd door David Frankel en gebaseerd op het gelijknamig boek.



Veel kijkplezier dit weekend.

De achterblijvers

Bij elk migratieverhaal wordt er gekeken naar de mens die vertrekt en zijn nieuwe omgeving. Ook op mijn blog en website heb ik vooral aandacht voor de man of vrouw die vertrekt.  De achterblijver is minder interessant. Maar klopt dit wel?

De verdrietige achterblijver moet zich vermannen ook al zien ze hun broer, zoon,… niet of nooit meer terug.

Hoe komt het dat verdriet vooral de achterblijvers lijken te raken?

Tussen 1800 en 1914 reisden meer dan 60 miljoen Europeanen naar een ander werelddeel.

Reizen koste veel geld en veel tijd. Contact onderhouden was omslachtig. Brieven schrijven was toen de enige optie.
In het boek van Sartre “het zijn en het niet” lezen we het volgende : De achterblijvende persoon blijft de vertrokken persoon voelen op de plekken waar ze vroeger samen waren. Alleen de achterblijver heeft hier last van gezien hij nog op deze gedeelde plekken komt en de betrokkene (immigrant) niet. De landverhuizer moet op de nieuwe locatie hard werken en heeft minder tijd om te treuren dan het thuisfront.
Uit onderzoek blijkt dat de mens helemaal niet zo beweeglijk is. Wanneer mensen toch weg gaan, doen ze dat vooral vanwege negatieve beweegredenen : gebrek aan werk, woonruimte, oorlog, …
Bij sommige van mijn verhalen bracht ik het verhaal van de achterblijver.

vb. Jules Pype (mijn opa, de landverhuizer) en zijn broer Cyril Pype (mijn grootoom, de achterblijver)
Cijfers over achterblijvers hebben we niet. Maar naast elke landverhuizer staan er enkele achterblijvers : ouders, broer(s), zus(sen), echtgenoot, kind(eren), buren,…

Hoe gingen zij om met het vertrek, het afscheid. Hoopten de kinderen en de echtgenoot om hun vader achterna te reizen?  Of zagen ze elkaar nooit meer terug?

(foto : geneanet)

Lydia Verbeeck schreef het boek “De achterblijvers“. Het is een waar gebeurd verhaal van de familie De Belser die naar Canada vertrekt in 1923.

Josephus De Belser was in 1908 gehuwd met Maria Van Olmen. Ze hadden samen 15 kinderen waarvan er 4 overleden.

Bij hun vertrek uit Antwerpen op 23 februari 1923 met de SS Tyrrhenia waren er 4 kinderen die mee gingen naar Canada : Phil, Marie August en Pauline.


Op 10 maart 1923 kwamen ze aan in Halifax en kregen er onderdak bij een vriend van de vader.

Het ging de ouders niet voor de wind. Ze moesten hard werken.

Vier kinderen bleven achter in België.

Leni (Leoni) is de ik figuur uit het boek. Ze woont samen met haar broer Karl bij de strenge grootvader Michael De Belser, een oom en (gekke) tante

Michael De Belser (foto : geneanet)

Martha verblijft bij het kinderloze koppel. Ze wordt er als een prinses vertroeteld.

Julia woont bij de buren die een tweeling hebben. Ze moet er helpen in het huishouden en ziet haar broer en zussen weinig.
In het boek lees je hoe de achterblijvers het vertrek ervaren. Hoe ze hopen naar hun ouders te kunnen gaan en hierin telkens teleurgesteld worden. Ze ontvangen nu en dan een brief en lezen daarin oa dat er een baby op komst is.

Hoe het verder gaat met de achterblijvers ga ik hier niet vertellen. Het boek leest vlot en neemt je mee in de leefwereld van een 11 jarig meisje. In de bib vind je het bij de jeugdboeken.

(foto : redstarlinezoeker)

Nieuwjaar

Nieuwjaarsbrieven worden deze nog geschreven? Schreven onze ouders een nieuwjaarsbrief? En wat beloofden zij aan hun ouders, meter of peter?

Ik heb een nieuwjaarsbrief van nonkel Marcel (1924 – 1993) uit het jaar 1933. 

Lees wat hij schreef of moet ik zeggen, moest schrijven toen hij 9 jaar was?

Lieve ouders,

Weder is het Nieuwjaar! Hoe gelukkig ben ik toch een schoone gelegenheid te hebben om u mijn oprechten wenschen aan te bieden.

nieuwjaarsbrief-3Dat God uw tederen genegenheid te mijnen opzichte vergelde met over U zijn mildsten zegen uit te storten. Mocht die zegen een kloeke gezondheid geven en een lang en gelukkig leven verlenen. 

Van mijn kant beloof ik u altijd braaf en gehoorzaam te zijn en veel te bidden tot vervulling deze wenschen. 

Ik ben zeker, lieve ouders dat de Heer die brave kinderen gaarne ziet ook de gebeden zal verhooren van

uw lief kind

Marcel

Staden, den 1° januari 1933



Een gelukkig en gezond 2017.

 

Wie wordt er dunner hoe ouder hij wordt?

Dit is een van de weinige raadsels die ik kan onthouden…. Ja, De Druivelaar. Ik heb er geen in huis maar bij mijn thuis werd het blaadje elke dag verwijderd, voorgelezen en doorgegeven aan de ontbijttafel. Net zoals nu stonden er spreuken op, korte verhalen, de Heilige van de dag, wanneer de zon opkwam en de maan onderging,…De Druivelaar wordt de dagwijzer genoemd en dat was hij voor mij zeker.

de-druivelaar-2017
Of ik nog een Druivelaar heb. Neen, zijn plaats in ingenomen door de dagkalender van de Flow.
Dit alles om te zeggen dat het tijd is voor een jaaroverzicht 2016.

Ik schreef 36 blogberichten (met dit bericht wordt het 37). In 2014 waren het er 33 (vanaf april) en in 2015 21. Dus niet slecht, denk ik zo.
De berichten van dit jaar hadden niet altijd te maken met de familie. De verhalen waren evenwel zo interessant voor mij dat ik ze niet kon laten liggen in mijn lade.

nonkel pros 025Hendrickx Prosper en zijn vader Emiel trokken naar het kleine dorpje Mc Causland. Ik zag Prosper zo voor me zitten in het saloon toen hij de brieven schreef naar zijn zus. Een heel bijzonder moment was toen ik deze brieven mocht afgeven in het Red Star Line museum, met dank aan de familie Hendrickx.

 

 

 

 

Het triestige verhaal van Prudence Wyseur bracht mij in contact met haar Belgische familie en haar roots in Lauwe.

img-141101204527-003

En dan waren er de vele brieven van EH Cyril Pauwelyn uit 1885 aan zijn ouders in Poelkapelle. Hiermee ben ik de vakantie doorgekomen. Lezen, herlezen van de brieven, zoeken naar de betekenis van een oud woord. De gegevens controleren van de passagiers die vermeld werden; de cijfergegevens van vb de boot, etc. Wie nog meer wil weten over deze priester, die in de jaren 20 terug naar Kortrijk is komen wonen, heeft maar zijn naam in te typen in Google en je krijgt massa’s teksten. Ook hier heb ik mooie herinneringen aan de familie Pauwelyn.

labaere-foto-schermafdruk-2014-12-28-20-17-58

Maar het bericht waar ik het langst naar heb moeten zoeken was dit van de drie broers Labaere. Zonder de hulp van mensen in de VS zou dit niet gelukt zijn en als kers op de taart : kon ik vernemen dat er de twee zussen Labaere ook naar de Nieuwe Wereld zijn vertrokken.

Er zijn ook verhalen die de blog niet gehaald hebben, of nog niet. Ergens zit ik vast in mijn zoektocht of het verhaal is te eenvoudig of lijkt op een ander verhaal dat al op de blog staat.

vanderiviere Remie en Germaine Vanderjeugd

 

 

Van de familie stonden we stil bij de broer van mijn oma die naar Canada vertrok, Remie Vanderiviere. Via dit verhaal leerde ik ook een klein beetje een militair dossier lezen evenwel met hulp van het kenniscentrum Ieper en hun super goede vrijwilligers.

img-140912200913-005

 

 

 

 

 

 

Zo kreeg de broer van mijn opa, Jules, Cyriel Pype, eveneens een plaatsje op de blog.

img-141025211423-001

 

 

 

 

 

 

 

Door een lezing bij te wonen van Anne Provoost konden we het verhaal van zuster Mechtildis verder aanvullen. 

 

huyghe-julia-1917-10-juli-dinsdag

 

 

 

 

 

 

Ten slotte was er de vlotte samenwerking van Kevin Breyne die een informatieve aanvulling maakte op de dagboekberichten van mijn groottante, Julia Huyghe.

 

 

 

 

Iedereen bedanken die dit jaar heeft helpen meezoeken is een onbegonnen werk. Er is evenwel één iemand voor wie ik dit uitdrukkelijk wel wil doen.Hij zorgt er voor dat ik verder werk aan deze blog / website. Ik heb het over Daniel Goos : iets vertalen, iets duiden, informatie delen, …altijd heb ik antwoord. Dank je wel Daniel.
En voor straks : Goede Eindejaarsfeesten.

http---signatures.mylivesignature.com-54494-123-CBD1235E838058052ACC32E7EE0E5C76

Zalig Kerstfeest

Vorige week de kerstboom geplaatst en het kerststalletje. Voor het eerst geen echte boom versierd maar een kunstboom. Het kerststalletje is steeds hetzelfde. De beeldjes zijn van bij mijn ouders thuis en het stalletje kocht ik voor 2 euro in de kringwinkel.

Het blijft traditie dat we de kerstversiering pas zetten nadat de sint is gekomen… En bij jullie?

Voor het eerst heb ik dit werkje alleen gedaan. De kinderen zitten in de examens of blok en dat gaat natuurlijk voor.


Dit zijn de beeldjes.. 

Onderaan staat : “NB Belgium”. En ja, je vermoed het al. Ik ben gaan zoeken via google. NB staat voor Nazaire Beeusaert uit Deinze, een speelgoedfabriek. Ze zijn vooral gekend voor de soldaten, forten, paarden, boerderijen in papier marché
Het is vreemd hoe ik dan plots anders kijk naar de kerststal. Ik vraag me dan af waar en wanneer hebben mijn ouders dit gekocht. Misschien in de speelgoedwinkel in Staden bij Leopold Everaerdt en en Julia Casier. Julia was een tante van mijn moeder.

En zouden de beeldjes iets waard zijn? Misschien maar voor mij hebben ze een emotionele waarde. Traditiegetrouw heb ik een kerstbal gebroken, neen gelukkig geen beeldje.

Zalig Kerstfeest.

http---signatures.mylivesignature.com-54494-123-CBD1235E838058052ACC32E7EE0E5C76

Yehudi Menuhi is een Amerikaanse Jood die later in Engeland is gaan wonen. Hij besloot ieder concert met het Ave Maria van Schubert.   Muziek moest volgens hem verbonden worden met een vredesproject.

Lange afstandswandelingen in de VS, eens iets anders…

Wat doe je als het koud is, regent, zondag ,… juist ja, een boek lezen of een film kijken. Of waarom niet de beide?

Ik had op een heel toevallige manier het boek “A walk in the woods” van Bill Bryson in handen gekregen. Het is  het verhaal van Bill zelf die de Apppalachian Trall (= lange afstandswandeling – LAW) wil afstappen.

a-walk-in-the-woods

Dit wandelpad is één van de drie lange LAW’s in de USA

wandelroutes-vs

1. Appalachian Trail (21OO km aan de Amerikaanse oostkust van Georgia naar Maine)

appalachian-trail

2. Pacific Crest Trail (4200 km aan de westkust van Mexico naar Canada)

3. Continental Divide trail (5000 km ook van Mexico naar Canada maar dan via New Mexico naar Montana)

Trekkers die alle drie de trails hebben volbracht behalen de titel van “triple crown”

Terug naar het boek “a walk in the Woods”. Het is vlot geschreven (in één namiddag uitgelezen), humoristische anekdotes afgewisseld met pure info over het pad, de natuur, de geschiedenis van de parken,…

Van dit boek uit 1998 werd een film gemaakt in 2015 met Robert Redford in de hoofdrol. Ja, juist je raad het al. Ik heb ’s avonds ook de film bekeken. Niet z’n hoogvlieger maar een meerwaarde door de mooie beelden en vergezichten van dit stukje Amerika. De acteurs zelf komen niet zo geloofwaardig over. Robert is ondertussen 79 en zijn mede acteur Nick  Nolte 74. In het boek zijn de wandelaar net de 40 voorbij denk ik.

Het tweede wandelpad, The Pacific Crest Trail begint in het zuiden in het plaatsje Campo (Californië) op de grens van Mexico. Van daaruit loopt het pad noordwaarts langs heuvelruggen en bergketens. Het pad doorkruist 25 nationale bossen, 7 nationale parken en verschillende beschermde wildernis gebieden.

In 1995 werd een deel van het pad bewandeld door schrijfster Cheryl Strayed die haar belevenissen beschreef in het boek “Wild“. Het boek werd in 2014 verfilmd als Wild met Reese Witherspoor in de rol van Cheryl.

Geen van deze paden ga ik afwandelen (je moet volgens mij wel een beetje gek zijn), maar de film “Wild” bekijken en het boek lezen, staan nog op mij TO-DO lijst, net als andere boeken van Bill Bryson. Wordt vervolgd zou ik zo zeggen.